Een verhaal van achteren naar voren

Samantha Harvey, The western wind. London, 2018.

Toen ik het boek van Imme Dros over Anna Hathaway en William Shakespeare besprak, benoemde ik het als beperking, dat ze door de ik-vorm zich teveel in de stijl en (vermoede?) denkwijzen van de beschreven tijd vastzette. Het boek van Samantha Harvey is er wat mij betreft het bewijs van. Het speelt in ongeveer dezelfde tijd, de 15e eeuw in Engeland, de hoofdpersoon en het enige vertelperspectief is de priester in een klein dorpje, waar eenvoudige mensen goeddeels eenvoudige levens leiden.

Het bijzondere van het boek is, dat het verhaal van achteren naar voren verteld wordt. Het beslaat vier dagen, het eerste hoofdstuk is de vierde dag, het laatste de eerste dag. Het lukt goed om dit achterstevoren vertellen net zo spannend te maken als andersom. Ik ben gewend dat zich langzaam een verhaal ontvouwt, dat er steeds weer nieuwe feiten en verdenkingen verschijnen en dat je dan aan het eind verrast bent, of juist helemaal niet, door de ontknoping. Ditmaal gebeurde veel daarvan, maar niet alles. Er is bijvoorbeeld  in bepaalde zin geen ontknoping. Op de vierde dag krijgt de priester een duidelijke opdracht van de dean, een hoger geplaatste geestelijke van de stad verderop, die hoogst persoonlijk de zaak komt onderzoeken, omdat de dode de rijkste en belangrijkste man van het dorp was. De opdracht luidt: er moet een schuldige aangewezen worden en op de brandstapel gebracht, en er zijn twee kandidaten. De priester moet bepalen wie van de twee het zal zijn. In de loop van het boek leren we deze mensen kennen, komen we er ook achter hoe de man omgekomen is en weten we dat geen van beide kandidaten de moordenaar is. En ook een andere dorpeling die zichzelf schuldig acht en in de biechtstoel de moord bekent, is dat niet. Maar wie de priester aan gaat wijzen, blijft in het ongewisse. Met een ongemakkelijk gevoel legt men zo’n boek weg.

Ik vond de opzet dus heel knap. Ik vond ook de inkijk in het geloofsleven van de priester en van andere dorpelingen heel knap gedaan. In moderne bewoordingen worden hoogst onmoderne geloofsopvattingen neergezet en geloofwaardig 😊 gemaakt: ja, zo was dat in die tijd. Men wist precies hoe het leven na de dood kon lopen, al dan niet via een langdurig verblijf in het vagevuur, en de priester die zichzelf werkelijk als (in)gewijde voelt, met een directere relatie met God als de rest der stervelingen, en die van Jezus zelf een hoeveelheid vergeving van zonden heeft gekregen die hij na de biecht in de juiste hoeveelheden mag verdelen. Ook zijn beleving van de biecht, en de manier waarop de dorpelingen die biecht gebruiken voor zijn mooi neergezet.

Het is volkomen begrijpelijk en terecht, dat deze roman in 2019 op de shortlist voor de Walter Scott prijs belandde, een Engelse prijs voor historische romans. Het is een knap verteld verhaal.