Elena Ferrante, My brilliant friend. London, 2012
De reeks waar dit de eerste van is, heeft veel stof doen opwaaien: lovende kritieken, en geen contact met de schrijfster te krijgen. Er volgden nog meerdere delen, met steeds lovende kritieken en gissingen over wie er achter zou kunnen zitten. Inmiddels denken ze dat dan te weten, maar het kan mij niks schelen.
Het boek begint spannend: een vrouw verdwijnt spoorloos. Haar zoon van rond de 40 belt de verteller op, het is een ik-persoon, en vraagt waar ze is. De zoon woont met haar, maar weet niet waar zijn moeder gebleven is. Ze raadt hem aan maar even af te wachten, ‘je weet hoe ze is’. De volgende dag belt hij weer. Ze vraagt: heb je al es in haar kast gekeken? Nee.
Hij doet het, en alles is weg. En met alles is dan ook gezegd ALLES. De ik-figuur weet nog dat deze vriendin dat wel en keer aangekondigd heeft, of als wens geuit, maar dat het haar zou lukken, zo helemaal spoorloos, dat verrast dan toch.
Dit is de proloog. Dan begint het verhaal van twee meisjes, en dat gaat in dit boek tot ze 16 zijn. De ik-figuur is slim en gaat leren, ze wonen in een absolute achterbuurt, dus dat is een hele stap, de vriendin Lila is nog veel slimmer, maar gaat niet studeren. Het wordt van huis uit tegengehouden, en terwijl ze altijd de wereld naar haar hand weet te zetten, ditmaal niet.
Dan begint het gepuber en gebabbel en toen begon ook mijn verveling. Gedoe over burenruzies en pubervriendschappen en jongens en meisjes, school, baantjes en enzovoort. Het kon me echt niks schelen. Een korte verhaallijn had ik voldoende gevonden.
Lila gaat op haar 16e trouwen, met een jongen met geld. We hebben net zo min een beeld van de verhouding als de ik-figuur dat heeft. En dat Lila niet meer leest en niet is gaan studeren, dat is nog steeds een mysterie. Want in het begin leent ze nog de boeken van de ik, en dan ligt ze al gauw mijlen voor, maar dat is ook opgehouden. Raadsel.
Aan het eind had ik besloten dat het met dit ene deel wel genoeg was, maar toen kwamen er een paar bladzijden, de beginbladzijden van deel 2. Lila heeft de ik haar dagboeken gegeven, om te voorkomen dat haar man het zou zien. Ze zijn in een grote doos gestopt, heel goed dichtgebonden en haar toevertrouwd. Al in de bus naar huis maakt ze de doos open en begint alles te lezen. Alles. En daarna kiepert ze de hele doos in de Tiber. Ik heb nog de neiging om NEE!!! te roepen, maar dat hielp niet, en nu ben ik toch nieuwsgierig naar het vervolg, Ik laat het nog maar even, ik zie teveel tegen de verveling op. Misschien komt het er nog eens van.